Bereiden:
Laat de helft van de boter smelten tot hazelnootboter. Voeg, wanneer deze boter lichtbruin is, de rest van de boter toe. Zet van het vuur en laat verder smelten.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Klop de eieren, de suiker, een snuifje zout, het bakpoeder en het merg van het vanillestokje tot een luchtig en bleek mengsel. Voeg de gesmolten boter en de zonnebloemolie toe. Zeef vervolgens de bloem boven het mengsel en spatel deze voorzichtig onder het beslag.
Voeg de boter samen met de zonnebloemolie toe aan het eimengsel. Zeef de bloem en spatel deze voorzichtig onder het beslag om een luchtige textuur te behouden. Voeg de helft van de amandelschilfers toe en roer om. Giet het beslag in een cakevorm met daarin een laagje bakpapier, bestrooi met de resterende amandelen en bak in een voorverwarmde oven van 180°C gedurende 30 à 35 minuten, of tot een prikker er schoon uitkomt. Laat de cake licht afkoelen in de vorm en ontvorm daarna.
Schil ondertussen de appelsien en citroen dun zodat de zestes behouden blijven. Snijd de zestes in fijne reepjes en blancheer ze tweemaal kort in kokend water om de bitterheid te verminderen. Smelt de suiker in een pan op middelhoog vuur. Blus met de helft van de appelsienlikeur en flambeer voorzichtig voor een intense smaak. Voeg de geblancheerde zestes toe, roer tot ze beginnen te karamelliseren.
Pers de appelsien en een halve citroen uit en voeg het sap aan de karamel toe, roer tot deze oplost. Laat inkoken tot de saus indikt.
Warm de rest van de appelsienlikeur op op een zacht vuur. Haal de cake uit de oven. Leg de gekonfijte zestes op de cake en schenk er de siroop over. Flambeer nog met de opgewarmde appelsienlikeur alvorens in plakken te snijden en te serveren.