Ingrediënten
bereiden:
Neem de witloofstronkjes, snij er achteraan een klein stukje af en verwijder de harde kern. Spoel ze even af onder koud water en stoof ze daarna aan in een klontje roomboter. Kruid het witloof met peper en zout en voeg een scheutje water toe. Laat rustig stoven.
Schil ondertussen de aardappelen, snij ze in stukken en kook ze gaar in gezouten water.
Verwarm de oven voor op 180°.
Maak nu de bechamelsaus: smelt 120 gram boter in een steelpannetje en voeg hier 3 eetlepels bloem aan toe. Roer goed, laat de roux even bakken en doe er vervolgens een halve liter melk bij. Blijf roeren tot de saus indikt. Kruid met peper, zout en nootmuskaat. Zet even aan de kant.
Draai de aardappelen door de passe-vite als ze gaar zijn. Breng op smaak met peper, zout, nootmuskaat en 1 eetlepel boter. Roer alles goed onder mekaar met 100 ml melk tot je een smeuïge puree bekomt.
Haal het witloof uit de pan en draai in de plakjes ham. Gooi het vocht van het witloof niet weg maar laat even verder inkoken. Roer de ingekookte jus van het witloof vervolgens onder de bechamelsaus en voeg er tevens de gemalen kaas aan toe.
Neem een ovenschotel, bedek de bodem met een laagje kaassaus en leg hier de witloofrolletjes op. Overgiet met de resterende kaassaus en bestrooi met wat extra gemalen kaas en een snuifje broodkruim.
Zet de ovenschotel even onder de grill zodat de kaas mooi smelt en een krokant korstje vormt.
serveren:
Serveer met de aardappelpuree.