Ingrediënten
Bereiden:
Maak het kruimeldeeg:
Meng je patisseriebloem met amandelpoeder en suiker. Verdeel je stukjes koude boter erin en bewerk met je vingertoppen tot je een kruimel krijgt. Voeg je ei toe en meng tot een deeg.
Duw plat en wikkel het deeg in vershoudfolie en laat minstens 20 minuten rusten in de koelkast.
Bestrooi je werkvlak met bloem en rol je deeg uit tot 4 mm dikte.
Leg over je deegrol en rol zo voorzichtig in een gekartelde springvorm (diameter 20 cm). Prik gaatjes in de bodem met een vork en bekleed met bakpapier en bakbonen.
Bak 15 minuten blind op 180° graden. Verwijder bakpapier en bakbonen en bak nogmaals 15 minuten.
Laat afkoelen, ontvorm en laat verder afkoelen op een taartrooster.
Maak de vulling:
Week de gelatineblaadjes. Klop de eidooiers los met de fijne suiker tot een lichtgele massa.
Breng je room samen met de zaadjes van een vanillestok (+ de stok) aan de kook. Voeg 1/3 toe aan je eimengsel. Doe dit op zijn beurt terug in de pan en laat indikken tot een dikkere custardsaus (het kan nooit zo dik worden als pudding, omdat we geen maïzena hebben toegevoegd).
Voeg je geweekte gelatineblaadjes toe en meng met een garde.
Giet het mengsel in je afgebakken, afgekoelde taartbodem en plaats minstens 3 uur in de koelkast.
Verdeel een suikerlaagje over de crème brûléetaart en gebruik een klein gasbrandertje om de suiker te karamelliseren. Serveer best onmiddellijk wanneer je suikerlaagje krokant en lichtjes warm is.