Foodie Winnie is gek op wereldse gerechten en exotische ingrediënten. Daarom deelt ze elke maand met ons de specialiteiten van één bepaalde keuken. Welke recepten zijn de moeite waard om eens uit te proberen? En welke ingrediënten dien je daarvoor op de kop te tikken? Deze maand ontdekken we samen met haar de Portugese keuken!
Bij de Spaanse of Italiaanse keuken kunnen we ons makkelijk wat voorstellen, maar de Portugese? Die lijkt nog vaak het ondergeschoven kindje uit Zuid-Europese hoek. Onterecht natuurlijk, want met een net zo zuiders klimaat en een gigantische kustlijn is de Portugese keuken minstens even interessant.
Portugal: het land van de beste vis
De Portugese keuken heeft dan wel veel te bieden, vis is wellicht de allerbelangrijkste hoeksteen. Waar je ook komt in Portugal: de visrestaurants zijn in grote getalen aanwezig en als het even kan wordt die op een steenkoolgrill op straat bereid. Meestal is die vis zó vers dat ‘ie met een minimum aan opsmuk op tafel kan. Een plens olie, ragfijne plakjes knoflook en hooguit wat citroen is meestal al voldoende om van een topmaaltijd te spreken.
Kabeljauw is hierbij een gangbare optie: puur (zoals hierboven beschreven) of in de vorm van Bacalhau à Brás. Dit gerecht wordt gemaakt door fijn gehakte stukjes kabeljauw te prakken met zacht gekookte aardappelen, eieren en soms ook zwarte olijven. Dat levert een erg smeuïg mengsel op, eentje dat de chef vaak aan tafel voor je neus komt roeren. Een elegant gerecht is het niet perse, een vullend gevalletje comfort food wél.
Escabeche en caldo verde
Net als in Spaanstalige landen is escabeche ook in Portugal een ingeburgerde kooktechniek. Met escabeche wordt vis bedoeld die kort wordt aangebakken en daarna in een zurig mengsel wordt gemarineerd. Dit is te vergelijken met ceviche met als verschil dat escabeche van tevoren een extra garing krijgt. Het zure element wordt in tegenstelling tot bij ceviche bovendien vaak uit een mengsel van azijn gehaald, niet uit het in leche de tigre gebruikte limoensap.
Ook caldo verde is zo’n klassieker uit de Portugese eetcultuur. Op het eerste gezicht doet dit vullende gerecht meer denken aan Nederlandse of Belgische kost. Caldo verde is namelijk een stevige groene soep op basis van boerenkool en aardappelen. Waar Nederlanders graag grijpen naar rookworst om die soep mee af te toppen, doen Portugezen dat liever met plakjes chorizo. Tijdens koudere maanden en in koelere regio’s van Portugal is caldo verde een geliefde optie.
Geen Portugal zonder pastéis…
We zien je denken: en die pastéis dan? Juist: de iconische ronde met custard kunnen onmogelijk vergeten worden. Van ’s ochtends tot ’s avonds: de zoete happen zijn een populaire compagnon bij espresso op welk moment van de dag dan ook. Traditioneel worden de gebakjes vaak afgetopt met kaneel, voor een extra vleug kruidigheid.
Wat precies het verschil is tussen pastéis de nata en pasteis de Belém? Goede vraag. Pastéis de nata is een containerbegrip voor alle custardgebakjes. Worden die in Belém (een stadje vlakbij Lissabon gemaakt, dan spreekt men van pasteís de Belém. Daar werd het recept voor het eerst uitgevonden en tot op heden is het oorspronkelijke recept nog steeds geheim. Een poging wagen? Bij de Fábrica dos Pastéis in Belém kun je het origineel proeven ter referentie.
…en geen Portugal zonder wijn
Rest ons nog even een speciale vermelding voor de fantastische wijnen die het land te bieden heeft. Van alle wijnregio’s is Duoro de bekendste: zowel aromatische rode wijnen als witte en mousserende exemplaren zijn er van uitstekende kwaliteit.
En bezoek je Porto, dan wil je natuurlijk een glaasje van de gelijknamige drank aan je lippen zetten. Doen!