Ingrediënten
Bereiden:
Doe de bloem, het zeezout en de citroenrasp in een grote kom en maak een kuiltje in het midden.
Roer de gist los met de lauwe melk en de blonde kandijsuiker en laat dit een 5-tal minuten staan om de gist te activeren.
Meng de gistmelk en de malse boter onder de bloem en kneed het deeg 5 tot 10 minuten. Dek de kom af met een vochtige keukenhanddoek en laat het deeg 20 à 30 minuten rijzen op een warme plaats.
Kneed het deeg nog een keer goed door en verdeel het in 8 à 10 gelijke stukken.
Meng de donkere kandijsuiker met de kaneel in een kommetje en bestrooi het werkblad met de helft van de kandijsuiker.
Rol hierop de stukken deeg uit tot dunne rolletjes van ongeveer 20 centimeter lang en 1.5 centimeter dik.
Rol ze op tot een spiraal en strooi de rest van de suiker erover. Leg de bolussen op een met bakpapier beklede bakplaat en laat ze nog eens ongeveer 50 minuten rijzen op een warme plaats.
Verwarm de oven voor op 225°C. Bak de bolussen in 10 à 15 minuten gaar op 200°C.
Tip: een bolus is een Zeeuw, zoet streekgerecht. Bolussen worden gebakken van een soort brooddeeg dat in een sliert in een spiraalvorm wordt opgerold. Ze worden met suiker en kaneel bewerkt. Veel bakkers vormen de bolus naar eigen inzicht. Ze worden vaak bij de koffie gegeten, waarbij de (vlakkere) onderzijde meestal met wat boter wordt besmeerd.