Bereiden:
Doe de kip samen met de groenten en de kruiden in een grote pot. Zet onder met water en breng aan de kook op het vuur. Laat gedurende één à anderhalf uur sudderen op een zacht vuurtje. Haal de kip uit de bouillon en laat afkoelen. Pluk het vlees van de beentjes en hou apart.
Zeef de bouillon en doe deze opnieuw in de pot. Verwarm op het vuur.
Doe het rundergehakt in een kom. Voeg er het tomatenconcentraat en de eiwitten toe. Roer goed onder elkaar. Giet dit mengsel in de warme bouillon en laat zachtjes koken op het vuur. Dit zal de bouillon clarifiëren. Zeef het geheel door een zeef met daarin een neteldoek zodat je een doorzichtige consommé krijgt.
Meng alle ingrediënten voor de kruidenpannenkoekjes in een grote kom. Verhit een scheutje olie in een pan en giet er een dun laagje van het beslag in. Bak er een flensje van. Herhaal met de rest van het deeg. Rol de flensjes op en snijd ze in reepjes.
Blancheer de blokjes knolselder en de stukjes boontjes kort in gezouten water. Giet af en hou opzij.
Serveren:
Verdeel de stukjes kip, de reepjes kruidenpannenkoek, de blokjes knolselder, de stukjes boontjes en de fijngehakte bieslook over kommetjes. Schenk er de hete bouillon over alvorens te serveren.