Ossenstaartsoep

Bereiden:

Neem een vuurvaste ovenschaal en verhit er een scheutje olijfolie in. Kleur hierin de stukken ossenstaart aan samen met de ui en de wortel. Kruid met peper en zout. Plaats de schotel vervolgens gedurende 15 minuten in een voorverwarmde oven van 200 graden. Haal de schotel uit de oven en verdeel de tomatenpuree over het vlees en de groentjes. Plaats de schotel opnieuw voor 10 minuten in de oven.

Breng gezouten water aan de kook. Schil de wortelen en haal er met een mini-parisiennelepel bolletjes uit. Doe hetzelfde voor de raapjes en de knolselder. Kook de bolletjes beetgaar in het gezouten water. Giet ze daarna af en spoel ze onder koud water.

Haal de ossenstaart uit de oven. Doe de stukken vlees  in grote pot en zet ze onder met water. Voeg het kruidentuiltje toe en breng het geheel aan de kook. 

Neem de ovenschotel en giet het overgebleven vet eruit zodat enkel de aanbaksels overblijven. Verhit de aanbaksels met een scheutje water opnieuw op het vuur. Roer los met een garde en voeg de jus toe aan de pot met de stukken ossenstaart. Laat de soep op een laag vuurtje gedurende drie uur zachtjes koken.

Haal de stukken ossenstaart uit de soep. Verwijder de vliesjes en pluk het vlees van het been.Passeer de soep door een zeef.

Serveren:

Neem diepe soepborden en schep de stukjes vlees en de groentebolletjes er in. Overgiet met de hete ossenstaartsoep alvorens te serveren.