Bereiden:
Maak de juliennesoep:
Schil de wortelen en spoel de prei schoon. Snijd de wortelen, het preiwit en de courgette in julienne, wat zoveel wil zeggen als flinterdunne staafjes van zo’n 4 centimeter lang. Schenk een scheutje olie in een ruime stoofpot, op een matig vuur. Doe de fijne groentereepjes in de pot en stoof ze al roerend gedurende een minuut. Schenk er de groentebouillon bij en laat de soep heel rustig garen. Rol ondertussen de soepballetjes.
Maak de gehaktballetjes met kervel en vermicelli:
Strooi de droge vermicelli op je keukenplank en zet er het mes in. Hak de slierten in stukjes van zo’n anderhalve centimeter lang. Pluk de verse kervel, spoel het kruid en hak fijn. Meng de sliertjes pasta en de fijne kervel zorgvuldig door het gehakt. Rol het gehaktmengsel tot soepballetjes.
Serveren:
Doe de soepballetjes in de hete soep en pocheer ze tot ze gaar zijn. De stukjes vermicelli binnenin moeten zacht zijn. Vul de soepborden met royaal veel groenten én balletjes. Werk af met plukjes verse kervel en een beetje versgemalen zwarte peper. Serveer de juliennesoep met vers brood.