Ingrediënten
Bereiden:
Maak eerst de jasmijnsaus. Giet de bouillon, jasmijnthee, witte wijn, suiker, de schillen van de citroen en sinaasappel, het vanillestokje, kaneelstokje, fijngesneden gember, korianderkorrels, steranijs, kruidnagel en muntblaadjes in een pan. Breng het vocht aan de kook en zet het vuur laag. Laat het inkoken tot een dikke siroop zodat alle ingrediënten hun smaak en geur afgeven. Breng op smaak met peper en zout. Giet de siroop door een zeef en bewaar in een afgesloten fles tot gebruik.
Voor de rode bietenmousse pureer je de rode bieten fijn. Hak de rozemarijn fijn en meng deze met de zure room door de bietenpuree. Laat de gelatine weken in koud water. Verwarm 2 el bouillon en smelt er het gelatineblaadje in. Meng voorzichtig onder de zure room. Breng op smaak met zout en peper. Hou koel tot gebruik.
Rooster de fijne plakjes brood goudbruin en krokant in een voorverwarmde oven van 200 graden.
Serveren:
Schil een lepeltje foie gras op een bord, leg er twee lepeltjes rode bietenmousse naast en een krokant sneetje brood. Saus met de siroop en werk af met zeezout en wat cress.
Tip:
De foie gras kan ook vervangen worden door faux gras.
