Feijoada

Bereiden: 

Maak de feijoada: 

Kook de zwarte bonen gedurende minimum anderhalf uur in gezouten water.

Leg het varkensvlees in een grote kookpot samen met de tijm, de laurier, de knoflook, de ui en het loof van de selder. Zet onder met water en laat minstens twee uur koken op een zacht vuurtje.

Snijd de paprikas, de wortels, de selder, de ui, de chilipeper en de cabanossi in fijne stukken. Bak ze aan in een pan met een scheutje olijfolie en kruid met peper en zout. 

Snijd de sinaasappels af vif. Pers het sap uit de sinaasappelrestanten en voeg dat bij de groentjes in de pan. 

Mix de kerstomaatjes samen met  de ui, de look en de olijfolie in de blender tot een salsa. Giet de salsa over de groenten in de pan en laat meepruttelen. Voeg ook de bonen toe van zodra deze gaar zijn.

Maak de farofa:

Doe de look, de ui en de chorizo in een pan met olijfolie. Voeg het spek toe samen met het maniokmeel. Blijf mengen tot de maniok het vet heeft opgenomen. Haal van het vuur.

Bak de stukjes banaan in de pan. Strooi er een beetje suiker over en bak tot alle stukjes een krokant korstje hebben.

Serveren:

Haal het vlees uit de pot en snijd het in mooie stukken, verdeel over de borden. Doe er een mooie hoeveelheid van de bonensaus over. Werk de feijoada af met de sinaasappelstukjes en krokant knabbelspek. Meng de farofa met de gebakken banaan en koriander. Serveer bij de feijoada.