Ingrediënten
Bereiden:
Biscuit: Verwarm de oven voor op 170 °C. Klop het eiwit stijf. Voeg, wanneer het eiwit begint op te stijven, langzaam 100 g kristalsuiker toe. Blijf kloppen tot het eiwit rechtop blijft staan. Meng de rest van de kristalsuiker met het amandelpoeder en schep beetje bij beetje door het opgeklopte eiwit. Roer er tot slot de bloem en het zetmeel door.
Bedek de bodem van een bakplaat met bakpapier en stort het beslag erop uit. Strijk uit, zodat het beslag gelijkmatig verdeeld is over de bakplaat. Schuif het beslag in de oven en bak gedurende 15 tot 20 minuten tot het een goudbruine kleur heeft. Haal uit de oven en laat afkoelen op de bakplaat.
Botercrème: Breng de melk met het vanillemerg en de vanillestokjes langzaam aan de kook op een zacht vuur. Meng ondertussen de kristalsuiker met de room en voeg het roompoeder toe. Doe de eidooiers erbij en meng rustig.
Haal de vanillestokjes uit de warme melk en duw ze goed uit om de restanten van het merg te verwijderen. Doe een scheutje warme melk bij het roommengsel en roer goed door. Niet te vlug, anders bindt het mengsel te snel. Zet de melk terug op het vuur en roer het roommengsel erdoor. Blijf roeren tot je een dikke pudding hebt. Als er belletjes opkomen door de warmte, is de pudding klaar. Giet over in een koude kom, dek af met plasticfolie en laat gedurende 30 tot 40 minuten afkoelen in de koelkast. Klop de afgekoelde pudding glad. Meng er de aardbeienconfituur onder.
Draai de boter luchtig in de keukenrobot en voeg beetje bij beetje de pudding toe. Schep de gladde boterroom in een spuitzak.
Snij de biscuit overlangs in twee met een kartelmes of een zaagmes. Maak met de spuitzak mooie torentjes van botercrème op de onderste laag van de biscuit. Leg er voorzichtig, zonder te drukken, de tweede schijf biscuit op. Bestrooi met bloemsuiker. Versier met enkele toefjes gebakken meringue en de doormidden gesneden aardbeien. Werk af met atsina- of zoethoutcress.