Ingrediënten
Bereiden:
Schil de aardappelen, snijd ze in blokjes en kook ze gaar in gezouten water. Giet de aardappelen af en stamp ze fijn tot puree. Voeg een klontje boter en de karnemelk toe. Kruid met peper, zout en nootmuskaat.
Breng water met een scheutje azijn in aan de kook om de eitjes in te pocheren. Laat het water niet koken maar houd het tegen het kookpunt aan. Maak met een garde een draaikolkje in het water en giet het eitje er in. Laat 2 à 3 minuten stollen. Herhaal met het andere ei.
Laat 100 gram geklaarde boter bruinen tot een beurre noisette.
Maak de mousselinesaus. Klop de eigelen los met de witte wijn en een scheutje water. Verwarm al kloppend op het vuur tot de saus dik en gebonden is. Voeg vervolgens al kloppend 100 gram boter toe in blokjes. Kruid met peper en zout.
Serveren:
Schep de karnemelksmeus in een diep bord maak een putje in het midden en strooi er de garnaaltjes, bieslook en peterselie over. Schep het gepocheerde eitje er bovenop. Kruid met peper en werk af met de mousseline en de beurre noisette.