Koreaanse rice bowl

Spoel de rijst tot het spoelwater helemaal helder is. De hoeveelheid water die bijgevoegd moet worden om de perfecte rijst te bekomen is de hoeveelheid rijst maal 1,3. Weeg de rijst na het spoelen dus opnieuw en voeg water toe. Breng de rijst aan de kook met een propere keukenhanddoek tussen de pot en het deksel. Gaar gedurende 15 minuten.

Schil de wortel en de daikon. Snijd de groenten met een mandoline in zeer fijne slierten. Meng en doe ze in een grote weckpot.

Verwarm de sushiazijn, de suiker, het zout en de mirin in een steelpan op het vuur tot de suiker volledig opgelost is. Voeg van zodra de mengeling warm is, een gelijke hoeveelheid koud water toe. Giet de pekel over de groenten en duw aan zodat de groenten allemaal in contact met de pekel zijn. Bewaar in de koelkast.

Maak een paneerstation met een kom met bloem, één met een losgeklopt eitje en een derde met panko. Vorm van het gehakt twee mooie stevige hamburgers. Haal ze door de bloem, vervolgens door het ei en ten slotte door de panko. Haal ze nog eens door het ei en een laatste keer door de panko. Dit voor een extra krokant resultaat.

Verwarm een scheut zonnebloemolie in een pan op het vuur tot 180°C. Bak de gepaneerde burgers op middelhoog vuur gedurende 12 minuten. Keer ze halverwege om.

Haal de rijst van het vuur en laat ongeopend nog een kwartier rusten.

Maak ondertussen de barbecuesaus. Meng de gochujang met het tomatenconcentraat en de mirin in een steelpan op laag vuur. Voeg de bruine suiker, de sojasaus, de worcestersaus saus en de geroosterde sesamolie toe en meng. Laat een drietal minuten inkoken.

Snij de lente-uitjes in fijne reepjes. Snij de kimchi wat fijn. Smeer de burgers in met de barbecuesaus in langs beide kanten.

Schep een mooie portie rijst in een kom. Besprenkel met barbecuesaus. voeg de kimchi, de gepekelde daikon en wortelen toe. Snijd de gepaneerde burger in plakken en dresseer op de rijst. Werk af met wat lente-ui.