Maak kennis met de nieuwe njam!-foodie Lynn Van den Broeck

Lynn Van den Broeck is een Vlaamse actrice en presentatrice. In het programma MasterChef ontdekte ze (en de kijkers) dat ze ook best aardig kan koken, en gooide ze hoge ogen met onder meer een nostalgisch, typisch Vlaams gerecht. Vanaf deze week zal Lynn haar liefde voor koken delen in het nieuwe programma Vlaamse Klassiekers op njam!, waarin ze de beste bistro’s van Vlaanderen bezoekt. Samen met topchefs bereidt ze iconische Vlaamse gerechten zoals stoofvlees, vol-au-vent en paling in ’t groen. Tijd voor een kennismakingsinterview met onze kersverse njam!-foodie.

Dag Lynn, welkom bij njam! Je bent vooral bekend als actrice en presentatrice, maar van waar komt je passie voor lekker eten en koken?

Die liefde heb ik eigenlijk met de paplepel meegekregen van de vrouwen in mijn leven. Mijn mama en mijn oma’s kookten altijd met veel plezier en smaak, waardoor ik zelf ook al van jongs af aan met eten bezig was. Vooral Vlaamse gerechten, boordevol smaak en gezelligheid.

Toen ik een tijdje geleden meedeed aan MasterChef, ontdekte ik dat ik dankzij die passie meer kon dan ik dacht. Ik vond het geweldig om zelf de handen uit de mouwen te steken en echt te koken. Ik haalde 9 van de 12 afleveringen en won er zelfs 2. Eén daarvan met een Vlaamse klassieker uit mijn geboortestreek (Lokeren): paardenbollen met worteltjes en patatjes. Een gerecht dat weinig mensen kennen, maar o zo lekker is. En dat vond de jury blijkbaar ook (lacht)!

Zijn er specifieke keukens of gerechten die je extra nauw aan het hart liggen, en waarom?

De klassieke keuken en recepten van vroeger draag ik een warm hart toe. Dat betekent echter niet dat ik ze thuis vaak kook. Het is een heerlijke, nostalgische keuken, maar vooral om af en toe van te genieten. Zo maakte een van mijn oma’s een gerecht met fijne chipolataworstjes, pureepatatjes en bruine saus – met veel boter en room. Daar heb ik prachtige herinneringen aan. En natuurlijk is er het paardenvlees uit Lokeren, een typische specialiteit van mijn geboortestreek. Mijn mama daarentegen maakt de beste scampi diabolique. Daaraan zie je hoe de keuken over de generaties heen wat moderner wordt.

Zelf kook ik thuis lichter, maar nog steeds smaakvol en voedzaam. Meer internationaal ook, met ingrediënten zoals kurkuma, gember, linzen en kikkererwten. Die verwerk ik bijvoorbeeld in curries, die voor mij dezelfde warme vibe hebben als een Vlaamse klassieker, maar dan in een modernere en lichtere versie. ’s Morgens weet ik trouwens nooit wat ik ga maken: ik stel het liefst nieuwe combinaties samen op basis van wat ik in de winkel vind.

Je presenteert binnenkort het nieuwe programma ‘Vlaamse Klassiekers’ op njam!. Wat mogen we verwachten van dit programma?

Het wordt een heel tof programma om naar te kijken. We gaan bij topbrasserieën op zoek naar de beste Vlaamse klassiekers. De chef van een brasserie maakt een bekend gerecht, en ik leer al doende hoe dat precies in elkaar steekt. De kijkers krijgen zo het allerbeste recept van elke klassieker. De restaurants waar we naartoe gaan, staan er immers echt om bekend. Kwaliteit staat centraal, met oog voor lokale producten, vakmanschap en vooral haalbaarheid. Dat is natuurlijk belangrijk voor de mensen thuis: je zal vol-au-vent kunnen maken zoals chefs die thuis bereiden.

In het programma sta ik als hobbykok naast een chef, stel vragen en kook mee. Daarbij stel ik de vragen die de kijkers zich ook zouden stellen. Dat maakt het een laagdrempelig en toegankelijk programma, met gerechten die voor iedereen herkenbaar zijn.

Heb je zelf een voorliefde voor ‘Vlaamse Klassiekers’ (en welke)?

Ik keek zelf heel hard uit naar vol-au-vent, daar ben ik echt verzot op. Het bladerdeegkoekje vind ik superlekker, en het leren maken op niveau was voor mij een grote meerwaarde. Ook de garnaalkroket vond ik geweldig: het klinkt misschien eenvoudig, maar we maken het toch te weinig. En zelfgemaakte garnaalkroketten zijn altijd lekkerder (lacht). Daarnaast was ik verrast door het recept van de Pain de veau. Ik wist niet echt wat ik moest verwachten, maar het was fantastisch om te zien hoe het gemaakt werd. 

Toen ik de lijst zag met gerechten die we gingen maken, waren er ook sommige dingen die me wat afschrikten. Kalfstong in madeirasaus bijvoorbeeld, daar ben ik nooit echt fan van geweest. Maar zodra je de bereiding door een topchef hebt gezien, kijk je er toch anders tegenaan. Door op de juiste manier om te gaan met ingrediënten zoals kalfstong, worden ze enorm opgewaardeerd. Het is indrukwekkend dat chefs er zo'n prachtig gerecht van kunnen maken. Ook paling in ’t groen was zo’n gerecht waar ik vroeger minder voor te vinden was, maar nu kijk ik er heel anders naar. Eigenlijk is de groene saus trouwens best gezond, licht en een makkelijk recept om te maken.

In welke restaurants ga jij weleens proeven van deze Vlaamse Klassiekers? 

De 3 Fonteinen in Beersel, van de familie van mijn vriend, is een vaste favoriet. Ze serveren uitsluitend Vlaamse klassiekers: steak-tartaar, mosseltjes, verse kroketten, wildsuggesties, … En dat alles in een zeer authentiek kader. De frietjes worden geserveerd in een ijzeren korfje en het zijn die details die bijdragen aan die klassieke, authentieke sfeer. Zo heb ik het graag, en we gaan er dan ook gemiddeld 1 à 2 keer per maand eten.

Tijdens de opnames van het programma was ik ook echt verrast door Mémé Gusta in Gent. Het is een supertof restaurant, met een jong team en een jonge chef die oude Vlaamse klassiekers op een originele manier brengt. Er hing een fijne energie en het is een erg mooie zaak. Daar ga ik zeker nog terug.

Bedankt Lynn, en veel succes met het programma!