Schaaf met een dunschiller de wortel schoon en snijd de uiteinden eraf. Verdeel de wortel in drie stukken van ongeveer 5 cm.
Snijd elk stuk in plakken van een halve centimeter.
Snijd van de plakken wortel 'frietjes' van ook weer een halve centimeter dik.
Snijd van de 'frietjes' blokjes van een halve bij een halve centimeter.
Let hierbij op de snijtechniek: de linkerhand bepaalt de dikte, de rechterhand snijdt naar voren toe, bij het klein snijden blijft de punt van het mes op de plank.