Hoeveelheid | Ingrediënt |
---|---|
4 | sinaasappelen |
60 g | boter |
3 | eieren |
100 g | bloem |
1 el | vanille puddingpoeder |
140 g | suiker |
250 g | mascarpone |
125 g | slagroom |
2 el | sinaasappelmarmelade |
50 g | gemalen walnoten |
1 snufje | zout |
voor de afwerking: | poedersuiker |
Kneed een glad deeg met de noten, de bloem, een eiwit, het zout, 2 eetlepels suiker en de boter. Wikkel in vershoudfolie en zet op een koele plaats.
Was de sinaasappelen en rasp met een zesteur een dunne schil van twee sinaasappelen.
Roer de mascarpone glad met de slagroom, de eieren en de overblijvende eidooier. Voeg 3 eetlepels suiker en het puddingpoeder toe en roer alles door elkaar.
Schil de sinaasappelen grondig met een scherp mes en snijd de partjes tussen de vliesjes uit. Vang hierbij het sap op. Verwarm de marmelade een beetje en wentel de partjes erin.
Haal het deeg uit de koelkast, verdeel het in 8 delen en rol elk deel uit zodat het een beetje groter is dan de vorm. Bekleed de taartvormpjes ermee. Verdeel de crème erover, strijk glad en beleg het met de sinaasappelpartjes.
Bak de taartjes ca. 25 minuten in de oven op 200 °C.
Doe de resterende suiker met 50 ml water in een kookpan en breng dit aan de kook. Voeg de sinaasappelzest en het sap erbij, laat enkele minuten verder koken en giet door een zeef. Laat de siroop voor de helft verder inkoken.
Haal de bereide taartjes uit de oven, garneer ze met de sinaasappelzest en bestrijk ze met de siroop. Laat ze afkoelen en serveer bestrooid met de poedersuiker.